Excerpt: Sprekende herdenkingen in Assen op zaterdag 4 mei

"Herdenkingen die de oorlog invoelbaar maken." 'Open Joodse Huizen | Huizen van Verzet' is een jaarlijks terugkerend programma van sprekende herdenkingen. Vertellers, bezoekers en bewoners delen verhalen in huizen waar mensen woonden en/of werkten tijdens en vlak na de Tweede Wereldoorlog. Op zaterdag 4 mei organiseert het Drents Archief herdenkingen in Assen. De Joodse Ephraim Behr en de families Mathijsse en Vos worden herdacht. Daarnaast zijn er in samenwerking met de Asser Historische Vereniging wandelingen door Joods Assen en zijn in de Studio van het Drents Archief doorlopend oorlogsdocumentaires te zien.

De sprekende herdenkingen zijn gratis en zonder aanmelding toegankelijk. Hieronder vind je het hele programma, alle activiteiten vinden plaats in de Asser binnenstad. Klik op de links voor meer informatie. Onder het blokkenschema vind je meer informatie over de hoofdpersonen 

11.00 - 12.00 uur

13.30 -14.30 uur

15.00 - 16.00 uur

Studio
Drents Archief

doorlopend: Drentse Oorlogsdocumentaires te zien in de filmzaal 

Entree
Drents Archief

Stadswandeling door
Joods Assen
Stadswandeling door
Joods Assen
Stadswandeling door
Joods Assen

Torenlaan 9

Herdenking Ephraim Behr

Herdenking Ephraim Behr

Parkstraat 9

Herdenking families Vos en Mathijsse Herdenking families Vos en Mathijsse

Ook het Onderduikersmuseum De Duikerlaar in Nieuwlande organiseert activiteiten in het kader van 'Open Joodse Huizen | Huizen van Verzet'. Kijk op hun website voor meer informatie.

Ephraim Behr

Op 5 maart 1905 werd de Joodse Ephraim geboren in Assen als zoon van Abraham Izak Behr en Jetje Bernard. Ephraim (ook wel Eddy genoemd) studeerde geneeskunde in Groningen, waar hij op 3 oktober 1929 zijn artsenexamen aflegde. In datzelfde jaar trouwde hij met de Groningse Bertha Aleida Jacobs. Twee jaar later promoveerde Ephraim op het proefschrift 'Bloedplaatjes en thrombose'. In Assen werkte Ephraim een aantal jaren als arts en later werd hij aangesteld tot prosector-conservator van het laboratorium voor pathologie van de Rijksuniversiteit Groningen.   

Toen Nederland op 10 mei 1940 werd binnengevallen door Nazi-Duitsland, meldde Ephraim zich vrijwillig aan als reserveofficier voor de geneeskundige dienst. Hij belandde in de zware gevechten om de Grebbelinie en kwam op 35-jarige leeftijd om het leven terwijl hij, volgens een getuige, 'met mededogen en dapperheid een poging deed om enkele gewonde soldaten uit de Grebbelinie naar veiligere plekken te evacueren'.  

Het leven van Ephraim Behr speelde zich zowel af in Groningen als in Assen. Tijdens Open Joodse Huizen zal zijn verhaal daarom in beide steden worden verteld. Op 3 mei zal geschiedenisstudent Ilse Engels zijn verhaal delen in het Universiteitsmuseum in Groningen en op 4 mei zal historica Renske van Donk in de tuin van Torenlaan 7 en 9 in Assen, waar zijn ouders woonden, over hem vertellen.   

De families Mathijsse en Vos

De huizen aan de Parkstraat 7 en 9 in Assen werden bewoond door de Joodse families Mathijsse en Vos. Yolande Leip-Vos verdiepte zich in hun verhalen. 

Rond 1920 liet het toenmalig raadslid Isidore Vos de huizen op nummer 7 en 9 bouwen. Hij woonde op 9 en zijn broer Henri op 7. De broers Vos waren getrouwd met twee zussen Levy uit Hamburg. De beide families Vos-Levy woonden altijd in elkaars buurt. Isidore en Caroline kregen twee dochters, het huwelijk van Ida en Henri bleef tot hun verdriet kinderloos. Caroline Vos-Levy, de vrouw van Isidore, overleed op 7 maart 1940, dus vlak voor de bezetting. Aan het begin van de oorlog verhuisden Isidore, Ida en Henri naar Utrecht. Henri stierf in 1942 in de Joods Psychiatrische inrichting 'Het Apeldoornse Bosch'. Isidore en Ida kwamen na een oproep om zich te melden via kamp Vught in Westerbork terecht en werden in 1943 vermoord in Sobibor.  

Vanaf 1932 woonden Simon Mathijsse (1895) en zijn vrouw Sara de Jong aan Parkstraat 7 in Assen. Ze kregen één dochter, Frederika. Simon was leraar en hoofd van de Gemeentelijke Gymnastiekschool in Assen. In 1940 werd Simon uit zijn ambt gezet: ambtenaren en onderwijskrachten moesten vanaf dat moment de zogeheten ‘Ariërverklaring’ ondertekenen, Wie niet raszuiver was, werd uit haar of zijn ambt ontheven. Simon en Sara kwamen in 1942 via kamp Westerbork in Sobibor terecht, ook zij werden daar in 1943 vermoord.